Informatie over het woord gozer (Nederlands → Esperanto: ulo)

Synoniemen: gast, pee, kerel, knul, persoon, snuiter, sujet, vent

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/ˈɣozər/
Afbrekinggo·zer
Geslachtmanlijk
Meervoudgozers

Voorbeelden van gebruik

Die gozer was zo hard als een spijker.

Vertalingen

Deensfyr
DuitsKerl
Engelschap; guy
Engels (Oudengels)ceorl
Esperantoulo
Finsolio
Fransindividu
Poolsosobnik