Informo pri la vorto intimideren (nederlanda → esperanto: timigi)

Sinonimoj: angst aanjagen, bang maken, bangmaken, beangstigen, verschrikken, vrees aanjagen

Vortspecoverbo
Prononco/ɪntimiˈdeːrə(n)/
Dividoin·ti·mi·de·ren

Uzekzemploj

Rusland valt steeds meer burgerdoelen aan om de Oekraïense bevolking te intimideren.
Maar ik had liever iets minder intimiderends gehad om op te rijden.

Tradukoj

anglaintimidate
angla (malnovangla)afæran
danaforskrække
esperantotimigi; timigadi
feroaræða
francaredouter
germanaabschrecken; ängstigen; einschüchtern; verscheuchen
jamajka-kreolafraitn
portugalaamedrontar
rumanasperia
saterlanda frizonaferfiere; ouschräkke; ouskräkke
skotafrichten; fley