Informatie over het woord dóórtrekken (Nederlands → Esperanto: trapasado)

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/ˈdortrɛkə(n)/
Afbrekingdoor·trek·ken
Geslachtonzijdig

Voorbeelden van gebruik

De onverwachte val had hem geleerd dat hij moest oppassen bij het doortrekken van de donkere gangen.