Informatie over het woord nat (Nederlands → Esperanto: malsekaĵo)

Synoniemen: nattigheid, vocht

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/nɑt/
Afbrekingnat
Geslachtonzijdig

Voorbeelden van gebruik

Zodoende was de kogel over de rand gevallen en had de ongelukkige meegesleurd in het frisse nat.
Joost luisterde echter niet en sprong glimlachend in het nat.
Het zilte nat geeft zijn geheimen—en dat zijn er ontelbare—niet prijs.

Vertalingen

Engelsdamp
Esperantomalsekaĵo