Informatie over het woord aanknippen (Nederlands → Esperanto: ŝalti)

Synoniemen: aandoen, aandraaien, aansteken, aanzetten, inschakelen, schakelen

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/aŋknɪpə(n)/
Afbrekingaan·knip·pen

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) knip aan(ik) knipte aan
(jij) knipt aan(jij) knipte aan
(hij) knipt aan(hij) knipte aan
(wij) knippen aan(wij) knipten aan
(jullie) knippen aan(jullie) knipten aan
(gij) knipt aan(gij) kniptet aan
(zij) knippen aan(zij) knipten aan
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) aanknippe(dat ik) aanknipte
(dat jij) aanknippe(dat jij) aanknipte
(dat hij) aanknippe(dat hij) aanknipte
(dat wij) aanknippen(dat wij) aanknipten
(dat jullie) aanknippen(dat jullie) aanknipten
(dat gij) aanknippet(dat gij) aankniptet
(dat zij) aanknippen(dat zij) aanknipten
Gebiedende wijs
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
knip aanknipt aan
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
aanknippend, aanknippende(hebben) aangeknipt

Voorbeelden van gebruik

Hij legde haar op het bed en knipte het licht aan.
Matje had intussen de deur achter zich dichtgedaan waarop Nelis zijn zaklamp aanknipte.
Hij knipte zijn zaklantaarn aan en liet het licht over de stenen glijden.

Vertalingen

Afrikaansaanskakel; aansit
Catalaansconnectar; endollar
Duitsanschalten; einschalten
Engelsswitch on
Esperantoŝalti
Finskytkeä
Fransallumer; brancher; mettre en circuit; mettre en marche; mettre le contact; ouvrir; tourner; tourner l’interrupteur
Hongaarskapcsol
Italiaansaccendere
Maleisloncat … meloncat
Poolswłączać
Portugeesacender; ligar
Russischвключать
Schots-Gaelischcuir air
Thaisเปิด