Informo pri la vorto gluren (nederlanda → esperanto: kaŝrigardi)

Vortspecoverbo
Prononco/ɣlyːrə(n)/
Dividoglu·ren

Konjugacio

Indikativo
PrezencoPreterito
(ik) gluur(ik) gluurde
(jij) gluurt(jij) gluurde
(hij) gluurt(hij) gluurde
(wij) gluren(wij) gluurden
(jullie) gluren(jullie) gluurden
(gij) gluurt(gij) gluurdet
(zij) gluren(zij) gluurden
Subjunktivo
PrezencoPreterito
(dat ik) glure(dat ik) gluurde
(dat jij) glure(dat jij) gluurde
(dat hij) glure(dat hij) gluurde
(dat wij) gluren(dat wij) gluurden
(dat jullie) gluren(dat jullie) gluurden
(dat gij) gluret(dat gij) gluurdet
(dat zij) gluren(dat zij) gluurden
Imperativo
Singularo/PluraloPluralo
gluurgluurt
Participoj
Prezenca participoPreterita participo
glurend, glurende(hebben) gegluurd

Uzekzemploj

Aan de rand van de begroeiing verzamelden wij dorre takken en onderwijl gluurden wij om ons heen.
Weer gluurde hij door het sleutelgat.
Sta je nou in het donker naar die kamperende hippies te gluren?

Tradukoj

anglapeep
esperantokaŝrigardi