Informo pri la vorto hangen (nederlanda → esperanto: pendumi)

Sinonimoj: ophangen, opknopen

Vortspecoverbo
Prononco/ˈɦɑŋə(n)/
Dividohan·gen

Konjugacio

Indikativo
PrezencoPreterito
(ik) hang(ik) hing
(jij) hangt(jij) hing
(hij) hangt(hij) hing
(wij) hangen(wij) hingen
(jullie) hangen(jullie) hingen
(gij) hangt(gij) hingt
(zij) hangen(zij) hingen
Subjunktivo
PrezencoPreterito
(dat ik) hange(dat ik) hinge
(dat jij) hange(dat jij) hinge
(dat hij) hange(dat hij) hinge
(dat wij) hangen(dat wij) hingen
(dat jullie) hangen(dat jullie) hingen
(dat gij) hanget(dat gij) hinget
(dat zij) hangen(dat zij) hingen
Imperativo
Singularo/PluraloPluralo
hanghangt
Participoj
Prezenca participoPreterita participo
hangend, hangende(hebben) gehangen

Uzekzemploj

Degenen die wensen te worden gehangen, kunnen nu naar gindse galg lopen.

Tradukoj

afrikansohang; ophang
anglahang; swing
esperantopendumi; pendigi
hispanaahorcar; colgar
okcidenta frizonahingje
portugalaenforcar