Informatie over het woord toewijzen (Nederlands → Esperanto: asigni)

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/ˈtuʋɛi̯zə(n)/
Afbrekingtoe·wij·zen

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) wijs toe(ik) wees toe
(jij) wijst toe(jij) wees toe
(hij) wijst toe(hij) wees toe
(wij) wijzen toe(wij) wezen toe
(jullie) wijzen toe(jullie) wezen toe
(gij) wijst toe(gij) weest toe
(zij) wijzen toe(zij) wezen toe
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) toewijze(dat ik) toeweze
(dat jij) toewijze(dat jij) toeweze
(dat hij) toewijze(dat hij) toeweze
(dat wij) toewijzen(dat wij) toewezen
(dat jullie) toewijzen(dat jullie) toewezen
(dat gij) toewijzet(dat gij) toewezet
(dat zij) toewijzen(dat zij) toewezen
Gebiedende wijs
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
wijs toewijst toe
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
toewijzend, toewijzende(hebben) toegewezen

Voorbeelden van gebruik

Vermoulian moet natuurlijk een aandeel toegewezen krijgen.

Vertalingen

Catalaansassignar; citar
Duitsanweisen; assignieren; zuweisen; zugedenken; zitieren; vorladen
Engelsallocate; allot; assign
Esperantoasigni
Fransadjuger; allouer; assigner; attribuer
Latijnassignare
Portugeesconsignar; designar; empenhar verba; intimar
Saterfriesanwiese; assignierje; uurwiese
Spaansasignar; destinar
Tsjechischpřidělit; určit