Informo pri la vorto aanmanen (nederlanda → esperanto: admoni)

Sinonimoj: aansporen, manen

Vortspecoverbo
Prononco/ˈamanə(n)/
Dividoaan·ma·nen

Konjugacio

Indikativo
PrezencoPreterito
(ik) maan aan(ik) maande aan
(jij) maant aan(jij) maande aan
(hij) maant aan(hij) maande aan
(wij) manen aan(wij) maanden aan
(jullie) manen aan(jullie) maanden aan
(gij) maant aan(gij) maandet aan
(zij) manen aan(zij) maanden aan
Subjunktivo
PrezencoPreterito
(dat ik) aanmane(dat ik) aanmaande
(dat jij) aanmane(dat jij) aanmaande
(dat hij) aanmane(dat hij) aanmaande
(dat wij) aanmanen(dat wij) aanmaanden
(dat jullie) aanmanen(dat jullie) aanmaanden
(dat gij) aanmanet(dat gij) aanmaandet
(dat zij) aanmanen(dat zij) aanmaanden
Imperativo
Singularo/PluraloPluralo
maan aanmaant aan
Participoj
Prezenca participoPreterita participo
aanmanend, aanmanende(hebben) aangemaand

Tradukoj

anglaexhort
angla (malnovangla)manian
esperantoadmoni
francaadmonester; engager; exhorter; faire des remontrances à; gronder; reprendre; réprimander; sommer de
germanaermahnen; verwarnen; verweisen; rügen
hispanaamonestar; reprender
katalunaamonestar; exhortar; rependre
okcidenta frizonaoanfilterje; oanmoanje; oantrune
portugalaadmoestar; advertir; exortar; induzir; repreender
rusaувещевать
saterlanda frizonaanhoolde; fermoonje; toubaale
svahilo‐onya