Informatie over het woord husband (Engels → Esperanto: edzo)

Synoniemen: mate, spouse

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/ˈhɐzbənd/
Afbrekinghus·band
Shaw‐alfabet𐑣𐑳𐑟𐑚𐑩𐑚𐑛
Deseret‐alfabet𐐸𐐲𐑆𐐺𐐯𐑌𐐼
Meervoudhusbands

Voorbeelden van gebruik

Olʹga’s husband isn’t at home.
He was my husband.

Vertalingen

Afrikaansman; eggenoot
Albaneesburrë
Catalaansespòs; marit; home
Chinook-jargonman; ulman
Deensmand
DuitsEhemann; Gatte; Gemahl; Mann
Engels (Oudengels)wer; ceorl
Esperantoedzo
Faeröersektamaður; maður
Finsmies
Fransépoux; mari
Hawaiaanskāne
Hongaarsférj
IJslandseiginmaður
Italiaansmarito; sposo
Jamaicaans Creoolsozban
Jiddischמאַן
Latijnmaritus
LuxemburgsMann
Maleissuami
Nederlandsechtgenoot; man
Noorsmann; ektefelle
Oekraïensчоловік
Papiamentsesposo
Poolsmąż
Portugeesesposo
Roemeenssoț
Russischсупруг
SaterfriesKäärdel
Schotsguidman
Schots-Gaelischfear pòsta
Spaansesposo; marido
Srananmasra
Swahilimume
Thaisสามี
Tsjechischmanžel; muž
Turkskoca
Westerlauwers Friesman
Zweedsmake; man