Informo pri la vorto tumult (nederlanda → esperanto: tumulto)

Sinonimoj: getier, herrie, roerigheid, rustverstoring, spektakel

Vortspecosubstantivo
Prononco/tyˈmɵlt/
Dividotu·mult

Uzekzemploj

Nu ontstond er een groot tumult in de rechtszaal.
Hij probeerde zijn leraar te ontdekken maar kon hem in het tumult van de slag niet ontdekken.

Tradukoj

anglatumult
esperantotumulto
finnamellakka
francabagarre; barouf; baroufle
germanaAufruhr; Aufstand; Getümmel; Krawall; Tumult
hispanatumulto
katalunatumult
portugalaagitação; arruaça; bulha; bulício; distúrbio; motim; tumulto
saterlanda frizonaApruur; Apstand; Truumult
skotatirrivee
svedatumult