Informatie over het woord trek (Nederlands → Esperanto: trajto)

Synoniem: gelaatstrek

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/trɛk/
Afbrekingtrek
Geslachtmanlijk
Meervoudtrekken

Verkleinwoord
EnkelvoudMeervoud
trekjetrekjes

Voorbeelden van gebruik

Ik lette meer op de trekken van de derde persoon, degene die Random nooit eerder had gezien, zoals hij had gezegd.
Plat op zijn rug keek hij omhoog naar de predikant, die met een licht schuldige trek op zijn gezicht hoog boven hem uittorende.

Vertalingen

Afrikaanstrek
Catalaanscaracterística; tret
DuitsGesichtszug; Zug
Engelsfeature; trait
Esperantotrajto
Faeröersandlitsbragd; bragd; eginleiki
Finspiirre
Franstrait
Portugeesfeição; linha; traço
SaterfriesGesichtstoach; Toach
Spaansrasgo