Informatie over het woord zinken (Nederlands → Esperanto: degeneri)

Synoniemen: degenereren, ontaarden, verbasteren, verworden

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/ˈzɪŋkə(n)/
Afbrekingzin·ken

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) zink(ik) zonk
(jij) zinkt(jij) zonk
(hij) zinkt(hij) zonk
(wij) zinken(wij) zonken
(jullie) zinken(jullie) zonken
(gij) zinkt(gij) zonkt
(zij) zinken(zij) zonken
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) zinke(dat ik) zonke
(dat jij) zinke(dat jij) zonke
(dat hij) zinke(dat hij) zonke
(dat wij) zinken(dat wij) zonken
(dat jullie) zinken(dat jullie) zonken
(dat gij) zinket(dat gij) zonket
(dat zij) zinken(dat zij) zonken
Gebiedende wijs
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
zinkzinkt
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
zinkend, zinkende(zijn) gezonken

Vertalingen

Catalaansdegenerar
Duitsausarten; degenerieren; entarten
Engelsdegenerate; degrade; deteriorate
Esperantodegeneri
Faeröerskryplast; spillast; úrskeplast
Franss’abâtardir
Papiamentsdegenerá
Portugeescorromper‐se; degenerar
Russischвырождаться
Saterfriesdegenerierje; ferwäide; uutoarje
Spaansdegenerar
Tsjechischdegenerovat; zvrhnout se