Informo pri la vorto aanhouden (nederlanda → esperanto: daŭri)

Sinonimoj: beklijven, duren, standhouden, voortduren, voortgang vinden

Vortspecoverbo
Prononco/ˈanɦɑu̯də(n)/
Dividoaan·hou·den

Konjugacio

Indikativo
PrezencoPreterito
(hij) houdt aan(hij) hield aan
(zij) houden aan(zij) hielden aan
Subjunktivo
PrezencoPreterito
(dat hij) aanhoude(dat hij) aanhielde
(dat zij) aanhouden(dat zij) aanhielden
Participoj
Prezenca participoPreterita participo
aanhoudend, aanhoudende(hebben) aangehouden

Tradukoj

afrikansoduur; voortduur
anglacontinue; keep on; last; persist
danavare
esperantodaŭri; plui
feroavara
finnakestää
francacontinuer; durer
germanadauern; währen; sich hinziehen
hispanadurar
hungaratart
italadurare
katalunadurar
luksemburgiadaueren
okcidenta frizonaduorje
papiamentodura
platgermanaduren
polatrwać
portugalacontinuar; durar; permanecer; prolongar‐se
saterlanda frizonaduurje
tajaกินเวลา