Informatie over het woord huisvredebreuk (Nederlands → Esperanto: rompo de hejmrajto)

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/ˈɦœʏ̯sfredəbrøk/
Afbrekinghuis·vre·de·breuk
Geslachthistorisch vrouwelijk, tegenwoordig ook manlijk

Voorbeelden van gebruik

Hij wordt beschuldigd van geweldpleging, huisvredebreuk, verzet tegen de politie en poging tot moord.
En dan is er nog de kwestie van uw huisvredebreuk, die mij ontsteld heeft, en wel zodanig dat ik vergelding eis.

Vertalingen

Esperantorompo de hejmrajto