Informatie over het woord arm (Nederlands → Esperanto: povra)

Synoniemen: armzalig, beklagenswaardig, armoedig, pover, beklagenswaard

Woordsoortbijvoeglijk naamwoord
Uitspraak/ɑrᵊm/
Afbrekingarm

Trappen van vergelijking

Stellende traparm
Vergrotende traparmer
Overtreffende traparmst

Verbuiging

 Stellende trapVergrotende trapOvertreffende trap
Predicatiefarmarmer(het) armst, (het) armste
AttributiefOnbepaaldManlijk en vrouwelijk enkelvoudarmearmerearmste
Onzijdig enkelvoudarmarmerarmst
Meervoudarmearmerearmste
Bepaaldarmearmerearmste
Partitiefarmsarmers 

Voorbeelden van gebruik

Pas maar op, dat gij zelf niet zot wordt, arme Arthur!
De arme Bilbo kon het niet langer aanhoren.
Die arme kerel is behalve blind zeker ook nog doof.

Vertalingen

Deensfattig
Duitsarm
Engelspoor
Engels (Oudengels)earm
Esperantopovra
Faeröersneyðars; neyðarsligur
Finskurja
Fransmalheureux
Italiaanspovero
Noorsstakkars
Papiamentspober
Roemeenssărac
Russischбедный
Saterfriesäärm
Spaanspobre
Srananpina; poti
Swahilihafifu
Tagalogmahirap
Thaisยากจน; จน
Tsjechischchudý; nebohý; ubohý
Westerlauwers Friesearm
Zweedsfattig