Informatie over het woord sjouwer (Nederlands → Esperanto: portisto)

Synoniemen: pakjesdrager, drager, witkiel

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/sjɑu̯ʋər/
Afbrekingsjou·wer
Geslachtmanlijk
Meervoudsjouwers

Voorbeelden van gebruik

Hij schreeuwde en was druk in de weer te midden van een hoop sjouwers, die wat goederen in de gang neerlegden.

Vertalingen

Afrikaanskruier
Deensdrager
DuitsDienstmann; Gepäckträger; Träger
Engelsporter
Esperantoportisto; ŝarĝportisto
Fransbagagiste; porteur
Hongaarshordár
Italiaansfacchino
Noorsbærer; bybud
Portugeescarregador; porteiro
SaterfriesDreeger; Pakdreeger; Tjoonstmon
Spaansmozo
Tsjechischnosič
Welscludydd; porter
Zweedsbärare; stadsbud