Informatie over het woord pastei (Nederlands → Esperanto: pasteĉo)

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/pɑˈstɛi̯/
Afbrekingpas·tei
Geslachthistorisch vrouwelijk, tegenwoordig ook manlijk
Meervoudpasteien

Verkleinwoord
EnkelvoudMeervoud
pasteitjepasteitjes

Voorbeelden van gebruik

Toen Joost enige tijd later met een mooie pastei de eetkamer binnenkwam, zag hij Tom Poes alleen aan tafel zitten.
Molly bukte zich naar de oven, schoof de pastei op een hogere plaat, deed de ovendeur dicht en kwam bij hem zitten.

Vertalingen

Catalaansempanada; panada
DuitsPastete
Engelspie
Esperantopasteĉo
Franspâté
Portugeesempada; pastel
SaterfriesPastete
Spaansempanada; pastel