Informo pri la vorto geweer (nederlanda → esperanto: pafilo)

Sinonimoj: roer, schiettuig, schietwapen, vuurwapen

Vortspecosubstantivo
Prononco/ɣəˈʋeːr/
Dividoge·weer
Genroneŭtra
Pluralogeweren

Diminutivo
SingularoPluralo
geweertjegeweertjes

Uzekzemploj

Het ligt niet aan het geweer.
De Russische president Vladimir Putin en de leider van Noord‐Korea Gim Jeong‐eun hebben elkaar een geweer cadeau gedaan na hun ontmoeting.

Tradukoj

esperantopafilo