Translation dictionary

Source language
 
Target language
80.572 words
 
90.655 words
Word to be translated
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
tight
(close‐fitting; stringent)
; ;
tight
(close; intense; strained)
;
streĉita
tight
(stringent; tense; taut; fraught)
;
spannend
;
streĉa
tight
(burdensome; insistent; onerous)
;
prema
wad
(pad; puff)
;
wad
(quilt)
vati
wad
(crease; crumble)
; ; ; ; ;
wad
(ball; chunk; clod; hunk; lump)

EnglishDutch
tightwadkrentenkakker; vrek
tightbenauwd; dicht; dronken; eng; gespannen; gierig; in de lorum; knap; krap; krenterig; nauw; nauwsluitend; niets loslatend; schaars; scherp; spannend; stevig; straf; strak; streng; stringent; teut; vast; vasthoudend; waterdicht; welgevormd
wadduiten; met watten voeren; opvullen; pak; poen; prop; rolletje; vullen; vulsel; watteren