Vertaalwoordenboek
Nederlands | Westerlauwers Fries (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
(expediëren; verzenden) | ôfstjoere | |
(versturen; verzenden; wegzenden) | fuortstjoere ; ôfstjoere | |
(gereed; klaar) | dien ; | |
🔗 Maar het portret is nog niet af. | ||
(verzender) | ôfstjoerder | |
(verzender; zender) | ôfstjoerder | |
🔗 De afzender van het telegram wordt opgespoord. | ||
(sturen) | ||
🔗 Zo, zo, Dalan heeft u dus gezonden. | ||
(sturen) | ||
🔗 Hij had minstens een kaartje kunnen zenden. | ||
(verzenden; sturen) | ||
🔗 Wanneer je zin hebt om met me mee te gaan, moeten we haar nu meteen een telegram zenden en op reis gaan. |