Vertaalwoordenboek
Nederlands | Esperanto |
---|---|
(beuren; ophalen; opheffen; opnemen; opsteken; optillen; tillen; lichten; oplichten; omhoogheffen) | |
🔗 De edelman stond op en hief zijn lorgon. | |
(verheffen) | |
🔗 „Ga weg!” riep ik in het Poesjtoe en hief dreigend de steen. | |
(omhoogheffen; opsteken; oplichten; opheffen; optillen) | |
🔗 Hij hief zijn witte gelaat ten hemel. |
Het woord aanheffen kon door ons niet in de geselecteerde doeltaal vertaald worden.