Vertaalwoordenboek
Nederlands | Engels (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
call at | halti en | |
🔗 Dat deed Arglistig nog toen ze Le Havre aanliepen, een Franse havenstad, waar de bemanning verlof kreeg om aan land te gaan. | ||
(aan komen lopen; beginnen met; nader treden; toetreden) | ; ; | |
🔗 Hinsen kwam over het dek aanlopen. | ||
blush ; turn red ; become red ; grow red ; ; | ||
🔗 Wal Rus liep rood aan, maar hij bedwong zich en klom weer aan dek. | ||
(stromen; vlieten; vloeien) | ||
🔗 Met zijn hand veegde hij het zweet van zijn voorhoofd dat in zijn ogen liep. | ||
(benen) | ||
🔗 Elak vermande zich en liep het water in. | ||
(gaan; te voet gaan) | piediri | |
(stappen; treden) | paŝi | |
🔗 Hij en John liepen naar hun ouders, die in de menigte stonden te wachten. | ||
(tippelen; wandelen) | go for a walk ; stroll ; take the air |
Nederlands | Engels |
---|---|
aanlopen | call; call in; call round; drop in; tarnish |
aanlopen bij | call at; call on; drop in upon; drop on |
aanlopen op | walk towards |
aanlopen tegen | run into; run up against; run against |
paars aanlopen | get purple in the face |
rood aanlopen | get purple in the face |
tegen iets aanlopen | come across something |
toevallig aanlopen tegen | change upon |
aanloop | preamble; run; run‐in; run‐up |
lopen | bear; course; gait; go; hoof it; range; tread; walk; run; running; travel; trend; walking; water |