Vertaalwoordenboek
Nederlands | Duits (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
sich gewöhnen | ||
irden ; tönern ; lehmig ; Ton‐ ; Lehm‐ | ||
🔗 Hij schonk twee bekers vol uit een aarden kan. | ||
irdisch ; terrestrisch ; erdhaft | ||
🔗 Hij haalde een aarden pijp te voorschijn en vulde hem. | ||
(tros) | Kabel ; Tau ; Trosse ; Leitung ; Kabellänge | |
🔗 Een ogenblik dacht hij nog dat er een kabel was losgeschoten. | ||
Leitungsdraht | ||
(kabeltouw) | Tau |
Het woord aardkabel kon door ons niet in de geselecteerde doeltaal vertaald worden.