Information du mot bureel (néerlandais → espéranto: oficejo)

Synonymes: bureau, kantoor

Parti du discourssubstantif
Prononciation/byˈrel/
Césurebu·reel
Plurielburelen

Exemples d’usage

De volgende morgen ontmoette de kruidenier Grootgrut de ambtenaar Dorknoper die op weg was naar zijn bureel.
De telegrambesteller gaf zijn formuliertje namelijk af aan de eerste de beste buitenlander die hij in het bureel van de zaakgelastigde tegenkwam.

Traductions

afrikaanskantoor
allemandAmt; Büro
anglaisbureau; office
bas allemandkantoor
danoiskontor
espagnoloficina
espérantooficejo
féringienskrivstova
françaisbureau
frison occidentalkantoar; buro
frison saterlandAmt; Büro
galloisswyddfa
grecγραφείο
hongroisiroda
italienufficio
norvégienkontor
papiamentokantor; ofisina
polonaisbiuro; urząd
portugaisescritório; repartição
souahéliafisi; ofisi
sranankantoro
suédoisbyrå; kontor
tchèquekancelář; úřad; úřadovna
turcbüro
yidicheביראָ