Information du mot verdelen (néerlandais → espéranto: dividi)

Synonymes: afbreken, opdelen

Parti du discoursverbe
Prononciation/vərˈdelə(n)/
Césurever·de·len

Exemples d’usage

Als we dit laatste aannemen, hoe denk je die winst te verdelen?
Het werk zal worden verdeeld.
„Goed,” zei hij, „verdeel het dan onder elkaar en probeer van de wind te leven.”

Traductions

anglaisdivide
bas allemandverdeylen; vordeylen
espérantodividi