Information du mot openen (néerlandais → espéranto: malfermi)

Parti du discoursverbe
Prononciation/ˈopənə(n)/
Césureope·nen

Exemples d’usage

De bedelaar keek hem somber aan, en opende zijn mond.
Hij opende het en begon ze stuk voor stuk te onderzoeken.

Traductions

afrikaansoopmaak
allemandöffnen
anglaisopen
espérantomalfermi