Informo pri la vorto verwelken (nederlanda → esperanto: velki)

Sinonimoj: kwijnen, verdorren, verflensen, verleppen

Vortspecoverbo
Prononco/vərˈʋɛlkə(n)/
Dividover·wel·ken

Konjugacio

Indikativo
PrezencoPreterito
(ik) verwelk(ik) verwelkte
(jij) verwelkt(jij) verwelkte
(hij) verwelkt(hij) verwelkte
(wij) verwelken(wij) verwelkten
(jullie) verwelken(jullie) verwelkten
(gij) verwelkt(gij) verwelktet
(zij) verwelken(zij) verwelkten
Subjunktivo
PrezencoPreterito
(dat ik) verwelke(dat ik) verwelkte
(dat jij) verwelke(dat jij) verwelkte
(dat hij) verwelke(dat hij) verwelkte
(dat wij) verwelken(dat wij) verwelkten
(dat jullie) verwelken(dat jullie) verwelkten
(dat gij) verwelket(dat gij) verwelktet
(dat zij) verwelken(dat zij) verwelkten
Participoj
Prezenca participoPreterita participo
verwelkend, verwelkende(zijn) verwelkt

Uzekzemploj

Verwelkte bollen verrotten in de grond.

Tradukoj

anglafade; wither; wilt
esperantovelki
feroafølna
francase faner
germanawelken; verwelken
hispanamarchitarse; mustiarse
katalunamarcir‐se; pansir‐se
portugaladefinhar; engelhar; estiolar; fanar; murchar
rusaвянуть
saterlanda frizonaferwüülkje; soorje; wüülkje