Informo pri la vorto reciteren (nederlanda → esperanto: reciti)

Sinonimoj: opzeggen, voordragen

Vortspecoverbo
Prononco/resiˈterə(n)/
Dividore·ci·te·ren

Konjugacio

Indikativo
PrezencoPreterito
(ik) reciteer(ik) reciteerde
(jij) reciteert(jij) reciteerde
(hij) reciteert(hij) reciteerde
(wij) reciteren(wij) reciteerden
(jullie) reciteren(jullie) reciteerden
(gij) reciteert(gij) reciteerdet
(zij) reciteren(zij) reciteerden
Subjunktivo
PrezencoPreterito
(dat ik) recitere(dat ik) reciteerde
(dat jij) recitere(dat jij) reciteerde
(dat hij) recitere(dat hij) reciteerde
(dat wij) reciteren(dat wij) reciteerden
(dat jullie) reciteren(dat jullie) reciteerden
(dat gij) reciteret(dat gij) reciteerdet
(dat zij) reciteren(dat zij) reciteerden
Imperativo
Singularo/PluraloPluralo
reciteerreciteert
Participoj
Prezenca participoPreterita participo
reciterend, reciterende(hebben) gereciteerd

Tradukoj

anglarecite; declaim
ĉeĥapřednášet; recitovat
danarecitere
esperantoreciti
francaréciter
germanavortragen; hersagen; aufsagen
hispanadeclamar; recitar
italarecitare
portugalacitar novamente
saterlanda frizonafoardreege; rezitierje