Informo pri la vorto waarderen (nederlanda → esperanto: apreci)

Sinonimo: appreciëren

Vortspecoverbo
Prononco/ʋaːrˈdeːrə(n)/
Dividowaar·de·ren

Konjugacio

Indikativo
PrezencoPreterito
(ik) waardeer(ik) waardeerde
(jij) waardeert(jij) waardeerde
(hij) waardeert(hij) waardeerde
(wij) waarderen(wij) waardeerden
(jullie) waarderen(jullie) waardeerden
(gij) waardeert(gij) waardeerdet
(zij) waarderen(zij) waardeerden
Subjunktivo
PrezencoPreterito
(dat ik) waardere(dat ik) waardeerde
(dat jij) waardere(dat jij) waardeerde
(dat hij) waardere(dat hij) waardeerde
(dat wij) waarderen(dat wij) waardeerden
(dat jullie) waarderen(dat jullie) waardeerden
(dat gij) waarderet(dat gij) waardeerdet
(dat zij) waarderen(dat zij) waardeerden
Imperativo
Singularo/PluraloPluralo
waardeerwaardeert
Participoj
Prezenca participoPreterita participo
waarderend, waarderende(hebben) gewaardeerd

Tradukoj

afrikansowaardeer
anglaappreciate; value; appraise
esperantoapreci; aprezi
germanazu würdigen wissen; anerkennen; schätzen; mögen; würdigen
hispanaapreciar
papiamentoapreciá
portugalaapreciar; dar merecimento a