Informo pri la vorto slinken (nederlanda → esperanto: malpliiĝi)

Sinonimoj: afnemen, tanen, verflauwen, verminderen

Vortspecoverbo
Prononco/ˈslɪŋkə(n)/
Dividoslin·ken

Konjugacio

Indikativo
PrezencoPreterito
(ik) slink(ik) slonk
(jij) slinkt(jij) slonk
(hij) slinkt(hij) slonk
(wij) slinken(wij) slonken
(jullie) slinken(jullie) slonken
(gij) slinkt(gij) slonkt
(zij) slinken(zij) slonken
Subjunktivo
PrezencoPreterito
(dat ik) slinke(dat ik) slonke
(dat jij) slinke(dat jij) slonke
(dat hij) slinke(dat hij) slonke
(dat wij) slinken(dat wij) slonken
(dat jullie) slinken(dat jullie) slonken
(dat gij) slinket(dat gij) slonket
(dat zij) slinken(dat zij) slonken
Imperativo
Singularo/PluraloPluralo
slinkslinkt
Participoj
Prezenca participoPreterita participo
slinkend, slinkende(zijn) geslonken

Tradukoj

anglashrink; dwindle
esperantomalpliiĝi
francas’abaisser; s’amoindrir
hispanaamainar; decrecer; disminuir; menguar
italadiminuire