Informo pri la vorto orkestreren (nederlanda → esperanto: instrumenti)

Vortspecoverbo
Prononco/ɔrkɛˈstrerə(n)/
Dividoor·kes·tre·ren

Konjugacio

Indikativo
PrezencoPreterito
(ik) orkestreer(ik) orkestreerde
(jij) orkestreert(jij) orkestreerde
(hij) orkestreert(hij) orkestreerde
(wij) orkestreren(wij) orkestreerden
(jullie) orkestreren(jullie) orkestreerden
(gij) orkestreert(gij) orkestreerdet
(zij) orkestreren(zij) orkestreerden
Subjunktivo
PrezencoPreterito
(dat ik) orkestrere(dat ik) orkestreerde
(dat jij) orkestrere(dat jij) orkestreerde
(dat hij) orkestrere(dat hij) orkestreerde
(dat wij) orkestreren(dat wij) orkestreerden
(dat jullie) orkestreren(dat jullie) orkestreerden
(dat gij) orkestreret(dat gij) orkestreerdet
(dat zij) orkestreren(dat zij) orkestreerden
Imperativo
Singularo/PluraloPluralo
orkestreerorkestreert
Participoj
Prezenca participoPreterita participo
orkestrerend, orkestrerende(hebben) georkestreerd

Tradukoj

anglaorchestrate
esperantoinstrumenti
germanainstrumentieren