Informo pri la vorto afschermen (nederlanda → esperanto: ekranumi)

Vortspecoverbo
Prononco/ˈɑfsxɛrmə(n)/
Dividoaf·scher·men

Konjugacio

Indikativo
PrezencoPreterito
(ik) scherm af(ik) schermde af
(jij) schermt af(jij) schermde af
(hij) schermt af(hij) schermde af
(wij) schermen af(wij) schermden af
(jullie) schermen af(jullie) schermden af
(gij) schermt af(gij) schermdet af
(zij) schermen af(zij) schermden af
Subjunktivo
PrezencoPreterito
(dat ik) afscherme(dat ik) afschermde
(dat jij) afscherme(dat jij) afschermde
(dat hij) afscherme(dat hij) afschermde
(dat wij) afschermen(dat wij) afschermden
(dat jullie) afschermen(dat jullie) afschermden
(dat gij) afschermet(dat gij) afschermdet
(dat zij) afschermen(dat zij) afschermden
Imperativo
Singularo/PluraloPluralo
scherm afschermt af
Participoj
Prezenca participoPreterita participo
afschermend, afschermende(hebben) afgeschermd

Tradukoj

anglascreen
esperantoekranumi
germanamit einem Schirm versehen
rusaзабирать; забрать