Informo pri la vorto jij (nederlanda → esperanto: vi)

Sinonimoj: gij, u

Vortspecopersona pronomo
Prononco/jɛi̯/ (sterk), /jə/ (zwak)
Dividojij

Uzekzemploj

Jij bent de baas, jij doet het woord.
We kunnen jou ook horen, Keith.
Dus jij denkt dat de aanvaring met de Cushing geen ongeluk was!
Er zal wel meer zijn dat jij niet weet.

Tradukoj

esperantovi