Informo pri la vorto inhuren (nederlanda → esperanto: relui)

Vortspecoverbo
Prononco/ˈɪnɦyːrə(n)/
Dividoin·hu·ren

Konjugacio

Indikativo
PrezencoPreterito
(ik) huur in(ik) huurde in
(jij) huurt in(jij) huurde in
(hij) huurt in(hij) huurde in
(wij) huren in(wij) huurden in
(jullie) huren in(jullie) huurden in
(gij) huurt in(gij) huurdet in
(zij) huren in(zij) huurden in
Subjunktivo
PrezencoPreterito
(dat ik) inhure(dat ik) inhuurde
(dat jij) inhure(dat jij) inhuurde
(dat hij) inhure(dat hij) inhuurde
(dat wij) inhuren(dat wij) inhuurden
(dat jullie) inhuren(dat jullie) inhuurden
(dat gij) inhuret(dat gij) inhuurdet
(dat zij) inhuren(dat zij) inhuurden
Imperativo
Singularo/PluraloPluralo
huur inhuurt in
Participoj
Prezenca participoPreterita participo
inhurend, inhurende(hebben) ingehuurd

Tradukoj

esperantorelui