Informo pri la vorto misdoen (nederlanda → esperanto: misfari)

Vortspecoverbo
Prononco/mɪzˈdan/
Dividomis·doen

Konjugacio

Indikativo
PrezencoPreterito
(ik) doe mis(ik) deed mis
(jij) doet mis(jij) deed mis
(hij) doet mis(hij) deed mis
(wij) doen mis(wij) deden mis
(jullie) doen mis(jullie) deden mis
(gij) doet mis(gij) deedt mis
(zij) doen mis(zij) deden mis
Subjunktivo
PrezencoPreterito
(dat ik) misdoe(dat ik) misdede
(dat jij) misdoe(dat jij) misdede
(dat hij) misdoe(dat hij) misdede
(dat wij) misdoen(dat wij) misdeden
(dat jullie) misdoen(dat jullie) misdeden
(dat gij) misdoet(dat gij) misdedet
(dat zij) misdoen(dat zij) misdeden
Imperativo
Singularo/PluraloPluralo
misdoemisdoe
Participoj
Prezenca participoPreterita participo
misdoend, misdoende(hebben) misdaan

Uzekzemploj

U hebt veel misdaan en er gruwelijk onder geleden en uw berouw is oprecht.
Wat heeft Othbaal je misdaan?

Tradukoj

anglatrespass
esperantomisfari
germanafalsch machen; falsch tun