Informatie over het woord plaatsvinden (Nederlands → Esperanto: okazi)

Synoniemen: aan de hand zijn, gebeuren, geschieden, gevallen, omgaan, optreden, passeren, plaatsgrijpen, plaatshebben, voorvallen, zich afspelen, zich voordoen, zich voltrekken, zich toedragen, vóórkomen

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/ˈplatsfɪndə(n)/
Afbrekingplaats·vin·den

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(hij) vindt plaats(hij) vond plaats
(zij) vinden plaats(zij) vonden plaats
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat hij) plaatsvinde(dat hij) plaatsvonde
(dat zij) plaatsvinden(dat zij) plaatsvonden
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
plaatsvindend, plaatsvindende(hebben) plaatsgevonden

Voorbeelden van gebruik

Ik zal wachten tot de overtreding plaatsvindt!
En wanneer zal deze ceremonie plaatsvinden?
In Hamburg vonden vrijdag meer dan tachtig ongevallen plaats.
Hebben die overvallen hier dichtbij plaatsgevonden?
In 1999 vond in Nántóu ook een aardbeving plaats.
Wanneer en waar heeft dit plaatsgevonden?

Vertalingen

Afrikaansgebeur; val; plaasvind; vóórkom; afspeel; optree
Catalaansocórrer; tenir lloc
Deensforekomme; ske
Duitsgeschehen; passieren; sich ereignen; stattfinden; vorkommen; auftreten; erfolgen; fallen; spielen
Engelstake place
Engels (Oudengels)becuman; weorþan
Esperantookazi
Faeröershenda seg; verða hildin
Finstapahtua
Fransarriver; avoir lieu; intervenir
Hongaarstörténik
Italiaansaccadere; arrivare; succedere
Jamaicaans Creoolsapm
Latijnaccidere
Maleisterjadi
Nederduitsvöärkummen; geböären
Papiamentsakontesé; sosodé; pasa
Poolswydarzyć się; zdarzyć się
Portugeesacontecer; suceder; ter lugar
Roemeensse întâmpla
Russischбытовать
Saterfriesgeböäre; passierje
Spaansacontecer; ocurrir; realizarse; tener lugar
Srananpasa; psa
Thaisเกิด; เกิดขึ้น
Welsdigwydd
Westerlauwers Friesfoarfalle; plakfine; barre; gebeure
Zweedshända; inträffa; passera