Ynformaasje oer it wurd doorstaan (Nederlânsk → Esperanto: elteni)

Synonimen: dulden, uithouden, uitstaan, verdragen, volhouden

Wurdsoartetiidwurd
Utspraak/dorˈstan/
Ofbrekingdoor·staan

Ferfoarming

Oantoanende foarm
NotiidDoetiid
(ik) doorsta(ik) doorstond
(jij) doorstaat(jij) doorstond
(hij) doorstaat(hij) doorstond
(wij) doorstaan(wij) doorstonden
(jullie) doorstaan(jullie) doorstonden
(gij) doorstaat(gij) doorstondt
(zij) doorstaan(zij) doorstonden
Oanfoegjende foarm
NotiidDoetiid
(dat ik) doorsta(dat ik) doorstonde
(dat jij) doorsta(dat jij) doorstonde
(dat hij) doorsta(dat hij) doorstonde
(dat wij) doorstaan(dat wij) doorstonden
(dat jullie) doorstaan(dat jullie) doorstonden
(dat gij) doorstaat(dat gij) doorstondet
(dat zij) doorstaan(dat zij) doorstonden
Mulwurden
NomulwurdDoemulwurd
doorstaand, doorstaande(hebben) doorstaan

Foarbylden fan gebrûk

Spanje en Italië lijken de schuldencrisis zonder kleerscheuren te kunnen doorstaan.
Nou, die test heb je doorstaan.

Oarsettingen

Dútskaushalten; ausstehen; ertragen
Esperantoelteni
Fereuerskhalda út; orka; tola
Frânsksoutenir; supporter
Ingelskendure; stand
Katalaanskaguantar fins al final
Portegeesksuportar
Sealterfryskferdreege; häide; uuthoolde; uutstounde
Spaanskaguantar hasta el fin
Taiskทาน