Information about the word overwaarderen (Dutch → Esperanto: trotaksi)

Synonym: overschatten

Part of speechverb
Pronunciation/ˈovərʋaːrderə(n)/
Hyphenationover·waar·de·ren

Conjugation

Indicative mood
Present tensePast tense
(ik) waardeer over(ik) waardeerde over
(jij) waardeert over(jij) waardeerde over
(hij) waardeert over(hij) waardeerde over
(wij) waarderen over(wij) waardeerden over
(jullie) waarderen over(jullie) waardeerden over
(gij) waardeert over(gij) waardeerdet over
(zij) waarderen over(zij) waardeerden over
Subjunctive mood
Present tensePast tense
(dat ik) overwaardere(dat ik) overwaardeerde
(dat jij) overwaardere(dat jij) overwaardeerde
(dat hij) overwaardere(dat hij) overwaardeerde
(dat wij) overwaarderen(dat wij) overwaardeerden
(dat jullie) overwaarderen(dat jullie) overwaardeerden
(dat gij) overwaarderet(dat gij) overwaardeerdet
(dat zij) overwaarderen(dat zij) overwaardeerden
Imperative mood
Singular/PluralPlural
waardeer overwaardeert over
Participles
Present participlePast participle
overwaarderend, overwaarderende(hebben) overgewaardeerd

Translations

Englishovervalue
Esperantotrotaksi; supertaksi
Germanüberschätzen
Portuguesesuperestimar
Saterland Frisianuurschätsje; uurskätsje