Information about the word realiseren (Dutch → Esperanto: realigi)

Synonyms: bewerkstelligen, uitvoeren, verwerkelijken

Part of speechverb
Pronunciation/rejaliˈzerə(n)/
Hyphenationre·a·li·se·ren

Conjugation

Indicative mood
Present tensePast tense
(ik) realiseer(ik) realiseerde
(jij) realiseert(jij) realiseerde
(hij) realiseert(hij) realiseerde
(wij) realiseren(wij) realiseerden
(jullie) realiseren(jullie) realiseerden
(gij) realiseert(gij) realiseerdet
(zij) realiseren(zij) realiseerden
Subjunctive mood
Present tensePast tense
(dat ik) realisere(dat ik) realiseerde
(dat jij) realisere(dat jij) realiseerde
(dat hij) realisere(dat hij) realiseerde
(dat wij) realiseren(dat wij) realiseerden
(dat jullie) realiseren(dat jullie) realiseerden
(dat gij) realiseret(dat gij) realiseerdet
(dat zij) realiseren(dat zij) realiseerden
Imperative mood
Singular/PluralPlural
realiseerrealiseert
Participles
Present participlePast participle
realiserend, realiserende(hebben) gerealiseerd

Usage samples

Om deze langere film te realiseren hebben Jackson en zijn editors niet simpelweg alle uit de originele productie weggesneden scènes weer terug op hun plek gezet.

Translations

Englishrealize
Esperantorealigi
Frenchréaliser
Low Germanuutvoren
Papiamentorealisá
Polishrealizować
Portugueserealizar
Spanishrealizar
Swedishrealisera
West Frisianferwêzenlikje