Information about the word openvallen (Dutch → Esperanto: malfermiĝi)

Synonyms: opengaan, zich opensperren, zich openen

Part of speechverb
Pronunciation/ˈopə(n)vɑlə(n)/
Hyphenationopen·val·len

Conjugation

Indicative mood
Present tensePast tense
(hij) valt open(hij) viel open
(zij) vallen open(zij) vielen open
Subjunctive mood
Present tensePast tense
(dat hij) openvalle(dat hij) openviele
(dat zij) openvallen(dat zij) openvielen
Participles
Present participlePast participle
openvallend, openvallende(zijn) opengevallen

Translations

Afrikaansoopgaan
Englishopen
Esperantomalfermiĝi
Germanaufgehen; sich öffnen
Turkishaçılmak
West Frisiantichtgean