Information about the word actualiseren (Dutch → Esperanto: aktualigi)

Synonym: updaten

Part of speechverb
Pronunciation/ɑktyʋaliˈseːrə(n)/
Hyphenationac·tu·a·li·se·ren

Conjugation

Indicative mood
Present tensePast tense
(ik) actualiseer(ik) actualiseerde
(jij) actualiseert(jij) actualiseerde
(hij) actualiseert(hij) actualiseerde
(wij) actualiseren(wij) actualiseerden
(jullie) actualiseren(jullie) actualiseerden
(gij) actualiseert(gij) actualiseerdet
(zij) actualiseren(zij) actualiseerden
Subjunctive mood
Present tensePast tense
(dat ik) actualisere(dat ik) actualiseerde
(dat jij) actualisere(dat jij) actualiseerde
(dat hij) actualisere(dat hij) actualiseerde
(dat wij) actualiseren(dat wij) actualiseerden
(dat jullie) actualiseren(dat jullie) actualiseerden
(dat gij) actualiseret(dat gij) actualiseerdet
(dat zij) actualiseren(dat zij) actualiseerden
Imperative mood
Singular/PluralPlural
actualiseeractualiseert
Participles
Present participlePast participle
actualiserend, actualiserende(hebben) geactualiseerd

Translations

Catalanactualitzar
Englishupdate
Esperantoaktualigi
Frenchactualiser
Germanaktualisieren
Papiamentoaktualisá