Information about the word binnenvallen (Dutch → Esperanto: invadi)

Synonyms: binnenrukken, invallen

Part of speechverb
Pronunciation/ˈbɪnə(n)vɑlə(n)/
Hyphenationbin·nen·val·len

Conjugation

Indicative mood
Present tensePast tense
(ik) val binnen(ik) viel binnen
(jij) valt binnen(jij) viel binnen
(hij) valt binnen(hij) viel binnen
(wij) vallen binnen(wij) vielen binnen
(jullie) vallen binnen(jullie) vielen binnen
(gij) valt binnen(gij) vielt binnen
(zij) vallen binnen(zij) vielen binnen
Subjunctive mood
Present tensePast tense
(dat ik) binnenvalle(dat ik) binnenviele
(dat jij) binnenvalle(dat jij) binnenviele
(dat hij) binnenvalle(dat hij) binnenviele
(dat wij) binnenvallen(dat wij) binnenvielen
(dat jullie) binnenvallen(dat jullie) binnenvielen
(dat gij) binnenvallet(dat gij) binnenvielet
(dat zij) binnenvallen(dat zij) binnenvielen
Imperative mood
Singular/PluralPlural
val binnenvalt binnen
Participles
Present participlePast participle
binnenvallend, binnenvallende(zijn) binnengevallen

Usage samples

Het strategisch belangrijke dorp Robotyne, dat het Oekraïense leger begin deze week binnenviel, is bijna helemaal in handen van de Oekraïners.
Een bende krijgers uit Torre is ons land binnengevallen.
Zowel de NAVO als de VS willen snel kunnen reageren, mochten de Russen de Oekraïne binnenvallen.
Tegelijkertijd moest een leger uit Koth Stygië over land binnenvallen.

Translations

Catalanenvair
Czechnapadnout; vpadnout; vtrhnout
Englishinvade
Esperantoinvadi
Frenchenvahir
Germaneinfallen; einfallen in; eindringen in; überfallen; angreifen; befallen; sich ausbreiten über; überlaufen; herfallen über; heimsuchen
Low Germanbinnenvallen
Portugueseinvadir
Romanianinvada
Russianвторгаться
Saterland Frisianienfaale; ientringe
Spanishinvadir