Information about the word wanen (Dutch → Esperanto: erarkredi)

Synonym: in de waan verkeren

Part of speechverb
Pronunciation/ˈʋanə(n)/
Hyphenationwa·nen

Conjugation

Indicative mood
Present tensePast tense
(ik) waan(ik) waande
(jij) waant(jij) waande
(hij) waant(hij) waande
(wij) wanen(wij) waanden
(jullie) wanen(jullie) waanden
(gij) waant(gij) waandet
(zij) wanen(zij) waanden
Subjunctive mood
Present tensePast tense
(dat ik) wane(dat ik) waande
(dat jij) wane(dat jij) waande
(dat hij) wane(dat hij) waande
(dat wij) wanen(dat wij) waanden
(dat jullie) wanen(dat jullie) waanden
(dat gij) wanet(dat gij) waandet
(dat zij) wanen(dat zij) waanden
Imperative mood
Singular/PluralPlural
waanwaant
Participles
Present participlePast participle
wanend, wanende(hebben) gewaand

Usage samples

Maar waan niet dat Odin vergeten is voor wie het zwaard is bestemd.
Ze dachten die keer toen hij weg was en men hem dood waande dat zij Balingshoek zouden krijgen.
Er waren verscheidene Onderhils uit Stadel en omdat zij zich niet konden voorstellen dat zij dezelfde naam droegen zonder familie te zijn, drukten ze Frodo als een lang verloren gewaande neef aan hun boezem.
Waan je mij bot?

Translations

Englishfancy
Esperantoerarkredi