Information about the word onomwonden (Dutch → Esperanto: malkaŝe)

Synonyms: open en bloot, ronduit, rondweg, vrijuit, onverbloemd

Part of speechadverb
Pronunciation/ˈɔnɔmʋɔndə(n)/
Hyphenationon·om·won·den

Usage samples

Allen gaven ze dan ook onomwonden te kennen dat er geen sprake van kon zijn dat ze me meenamen, al waren ze te beleefd om de ware reden van hun weigering te noemen.

Translations

Englishfrankly; openly; bluntly; candidly; explicitly; overtly
Esperantomalkaŝe
Germanoffen; frei; freimütig; unverhohlen
Papiamentoabiertamente
Portugueseabertamente; sem rodeios
Turkishaçıkça; alenen