Information about the word vreeswekkend (Dutch → Esperanto: timiga)

Synonyms: angstaanjagend, angstwekkend, beangstigend, benauwd, vervaarlijk

Part of speechadjective
Pronunciation/vresˈʋɛkənt/
Hyphenationvrees·wek·kend

Degrees of comparison

Positivevreeswekkend
Comparativevreeswekkender
Superlativevreeswekkendst

Declension

 PositiveComparativeSuperlative
Predicativevreeswekkendvreeswekkender(het) vreeswekkendst, (het) vreeswekkendste
AttributiveIndefiniteMasculine and feminine pluralvreeswekkendevreeswekkenderevreeswekkendste
Indefinite singularvreeswekkendvreeswekkendervreeswekkendst
Pluralvreeswekkendevreeswekkenderevreeswekkendste
Definitevreeswekkendevreeswekkenderevreeswekkendste
Partitivevreeswekkendsvreeswekkenders 

Usage samples

Het is vreeswekkend.
„Jij!” riep hij met een vreeswekkende stem.

Translations

Englishfrightful
Esperantotimiga
Frenchformidable; sinistre
Germangrausig
Saterland Frisianeekelk; gjouelk
Spanishtemeroso