Information about the word levensvatbaar (Dutch → Esperanto: vivipova)

Synonym: levenskrachtig

Part of speechadjective
Pronunciation/levə(n)sˈfɑdbaːr/
Hyphenationle·vens·vat·baar

Degrees of comparison

Positivelevensvatbaar
Comparativelevensvatbaarder
Superlativelevensvatbaarst

Declension

 PositiveComparativeSuperlative
Predicativelevensvatbaarlevensvatbaarder(het) levensvatbaarst, (het) levensvatbaarste
AttributiveIndefiniteMasculine and feminine plurallevensvatbarelevensvatbaarderelevensvatbaarste
Indefinite singularlevensvatbaarlevensvatbaarderlevensvatbaarst
Plurallevensvatbarelevensvatbaarderelevensvatbaarste
Definitelevensvatbarelevensvatbaarderelevensvatbaarste
Partitivelevensvatbaarslevensvatbaarders 

Usage samples

We hebben nog geen specifiek en levensvatbaar ander plan gehoord.

Translations

Englishviable
Esperantovivipova; vivkapabla
Spanishviable