Information about the word herladen (Dutch → Esperanto: reŝargi)

Part of speechverb
Pronunciation/ɦɛrˈladə(n)/
Hyphenationher·la·den

Conjugation

Indicative mood
Present tensePast tense
(ik) herlaad(ik) herlaadde
(jij) herlaadt(jij) herlaadde
(hij) herlaadt(hij) herlaadde
(wij) herladen(wij) herlaadden
(jullie) herladen(jullie) herlaadden
(gij) herlaadt(gij) herlaaddet
(zij) herladen(zij) herlaadden
Subjunctive mood
Present tensePast tense
(dat ik) herlade(dat ik) herlaadde
(dat jij) herlade(dat jij) herlaadde
(dat hij) herlade(dat hij) herlaadde
(dat wij) herladen(dat wij) herlaadden
(dat jullie) herladen(dat jullie) herlaadden
(dat gij) herladet(dat gij) herlaaddet
(dat zij) herladen(dat zij) herlaadden
Imperative mood
Singular/PluralPlural
herlaadherlaadt
Participles
Present participlePast participle
herladend, herladende(hebben) herladen

Usage samples

Traz herlaadde zijn wapen en wierp meer hout op het vuur.
Algy, Ginger en Dick herlaadden de kanonnen koortsachtig, terwijl Biggles de afstand instelde.
De politiechef zegt dat de schutter tijdens de schietpartij meerdere keren zijn wapen herlaadde.

Translations

Englishrecharge; reload
Esperantoreŝargi
Portugueserecarregar