Information über das Wort vijand (Niederländisch → Esperanto: malamiko)

WortartSubstantiv
Aussprache/ˈvɛi̯jɑnt/
Trennungvij·and
Geschlechtmännlich
Genitivvijands
Mehrzahlvijanden

Gebrauchsbeispiele

We moeten weten wie onze vijanden zijn.
Broertje, hoe dikwijls heb ik je al verteld dat Shere Khan je vijand is?
De media zijn onze grootste vijand, dat zult u met me eens zijn.
Hebt u vijanden?
Het zou er slecht uitgezien hebben voor de vliegers als hun voormalige vijand, de olifant, niet tussenbeide was gekomen.
Volgens Wilders is Rusland echter „geen vijand en dat moeten wij er niet van maken.”
Tijd is de vijand van Rusland in deze oorlog.
Heb jij de vijand ontdekt?

Übersetzungen

Albanischarmik
Dänischfjende
DeutschFeind
Englischenemy; adversary
Englisch (Altenglisch)feond; fiond; gefa; scaþa
Esperantomalamiko
Färöerischfíggindi; óvinur
Französischennemi
Isländischóvinur
Italienischnemico
Jiddischשׂנאה
Katalanischenemic
Lateincolluctator; hostis
Norwegischfiende
Papiamentoenemigo; enemigu
Polnischnieprzyjaciel
Portugiesischinimigo
Schwedischfiende; ovän
Spanischenemigo
Srananfeyanti
Suaheliadui
Tagalogkaaway
Thaiศัตรู
Tschechischnepřítel
Ungarischellenség
Walisischgelyn
Westfriesischfijân