Information über das Wort hals (Niederländisch → Esperanto: kolo)

Synonym: nek

WortartSubstantiv
Aussprache/ɦɑls/
Trennunghals
Geschlechtmännlich
Mehrzahlhalzen

Verkleinerungswort
EinzahlMehrzahl
halsjehalsjes

Gebrauchsbeispiele

Hij deed een greep in de kist en hing de ander enige gouden kettingen met juwelen om de hals.
In dat kistje bevond zich een nog kleiner kistje, dat alleen geopend kon worden met een sleuteltje dat Flagg altijd om zijn hals droeg.
We rekten onze halzen uit.
De moordenaar was er dan ook niet zeker van of hij de man had gedood en daarom stak hij het slachtoffer voor alle zekerheid die schroevedraaier in de hals.

Übersetzungen

Afrikaansnek
Dänischhals
DeutschHals
Englischneck
Englisch (Altenglisch)sweora
Esperantokolo
Färöerischhálsur
Finnischkaula
Französischcol; cou
Isländischháls
Italienischcollo
Jamaikanisches Kreolischnek
Jiddischהאַלדז
Kabylischaḥway; amggerḍ; tamggerṭ
Katalanischcoll
Lateincervix; collum
LuxemburgischHals
Malaiischleher
Niederdeutschhals
Norwegischhals
Polnischszyja
Portugiesischpescoço
Russischшея
SaterfriesischHoals
Schwedischhals
Scotshause
Spanischcuello
Srananneki
Thaiคอ
Tschechischhrdlo; krk; vaz
Türkischboyun
Ungarischnyak
Westfriesischhals; nekke